Ennatuurlijk na 10 jaar relevanter dan ooit in de energietransitie

Tien jaar geleden was Ennatuurlijk nog een business unit van energiebedrijf Essent. Na de verkoop ervan aan pensioenuitvoeringsorganisatie PGGM en Veolia ging Ennatuurlijk verder als zelfstandig bedrijf. Erik Stronk kreeg als algemeen directeur de opdracht om het bedrijf op te bouwen, samen met een ploeg gepassioneerde warmteprofessionals die met hun werk meegingen. Hij kijkt daar met veel plezier op terug. “Binnen Essent was warmte een klein product naast gas en elektriciteit. Maar binnen Ennatuurlijk had warmte de hoofdrol, waardoor ontwikkeling mogelijk was. Dat was supergaaf. Ons eerste doel was zorgen dat we de bestaande klanten goed konden bedienen en dat de netten in de lucht bleven. Dat deden we samen en dat gaf veel energie."

Klanten en warmtenetten voorop

Ennatuurlijk zette zich in 2014 als nieuw merk in de markt. Erik: “We wilden heel nadrukkelijk laten zien dat we anders waren dan Essent. Geen groot energiebedrijf, maar toegankelijker en dichter bij de klant. We zijn letterlijk naar buitengegaan om klanten te ontmoeten in alle gebieden, dorpen en wijken waar onze warmtenetten lagen. In die tijd introduceerden we het Loket op Locatie waar mensen uit de wijk naar toe konden komen met hun vragen. Ik was daar heel regelmatig bij. Kon ik de mensen ook gelijk nieuwe ideeën voorleggen of een voorbeeld van onze nieuwe factuur laten zien: snapten ze die? Ik ben ook onwijs blij dat we in 2018 verhuisd zijn van het industrieterrein in Best naar dit pand op Strijp in Eindhoven. Werken in zo’n gave omgeving doet iets met mensen en met de manier van samenwerken. Ook trokken we daardoor opeens een ander soort collega aan: jong, bevlogen.”

Aanjager van de energietransitie

Nederland had toen al de ambitie om van het gas te gaan. Destijds was de schatting dat warmte een derde van de bebouwde omgeving kon verwarmen, herinnert Erik zich. “Warmte werd gezien als aanjager voor de verduurzaming van Nederland en door de verzelfstandiging van Ennatuurlijk en met PGGM en Veolia als onze aandeelhouders, was er voldoende geld beschikbaar voor de benodigde groei. Eerst verkenden we de mogelijkheden van uitbreiding in de gemeenten waar we al actief waren, zoals bijvoorbeeld in Enschede en Maastricht. Uiteindelijk werd heel Nederland ons speelveld en gingen we overal in gesprek waar we kansen zagen. Ik ben trots op wat we hebben neergezet in een paar jaar. Ennatuurlijk is gewoon echt een leuk bedrijf, met een fantastisch team.”

Warm bad

Ernst nam in maart 2020 het roer over. “Toen ik instapte, trof ik een solide bedrijf aan, met een fris merk en gepassioneerde mensen met veel kennis. Klaar voor de volgende stap.” Zijn eerste werkdag herinnert hij zich nog goed. “Precies die dag was besloten dat iedereen thuis ging werken vanwege corona. Ik zag hoe iedereen, van ingenieurs tot klantenservice, binnen 24 uur een thuiswerkplek had ingericht en operationeel was. Onze business draaide gewoon door. Zoveel betrokkenheid en flexibiliteit gaf me vertrouwen. Ook al leerde ik mijn nieuwe collega’s vooral via het beeldscherm kennen, het welkom voelde als een warm bad. En ik moet trouwens de eerste nieuwe collega nog tegenkomen die dat niet net zo ervaart.”

Nieuwe oplossing voor Amernet

Uitdagingen waren er de afgelopen vier jaar genoeg. Ernst noemt de coronacrisis, maar ook de energiecrisis die in 2022 ontstond na de inval in Oekraïne. “De energieprijzen schoten omhoog. Ondanks al onze inspanningen had dit ook effect op onze warmteprijzen. Ik heb in die tijd veel bijeenkomsten bijgewoond om het gesprek aan te gaan met klanten en bestuurders. Ik wilde laten zien dat we betrokken waren. Het raakte mij.” In die tijd ontstond ook een brede maatschappelijke weerstand tegen biomassa. Erik: “Dat is heel snel gegaan. Toen ik wegging, werd biomassa nog aangemerkt als duurzaam.” Ernst: “Er stond zelfs nog een vacature voor Ontwikkelaar Biomassacentrale open toen ik kwam. In plaats daarvan moesten we versneld alternatieve oplossingen vinden om de warmtelevering te garanderen aan de klanten van ons grootste warmtenet, het Amernet in Midden- en West-Brabant. Die krijgen nu nog warmte van de Amercentrale, die grotendeels op biomassa draait. We kijken nu hoe we duurzamer warmte uit Moerdijk kunnen halen en een eigen duurzame energiehub in Geertruidenberg kunnen maken. Dat doen we samen met de overheid en andere partners.”

Bronontwikkeling met aardwarmte

Door alle veranderingen in de markt veranderde Ennatuurlijk in 2023 van koers. Ernst: “We hebben onze oude strategie verlaten en een nieuw helder perspectief gecreëerd. Ten eerste gaan we doen waar we goed in zijn: goed voor onze klanten en assets zorgen. Dat is ook de reden dat we onderhoud en beheer, onze ‘Veolia-collega’s’, weer in eigen huis hebben gehaald. Daarnaast gaan we duurzame warmtebronnen ontwikkelen voor warmtelevering aan onze eigen klanten en aan derden. Door een overname in de aardwarmtesector zijn we nu al marktleider met Ennatuurlijk Aardwarmte. Ook willen we heel goed worden in grote projecten ontwikkelen, want die kennis hadden we tot nu toe niet in huis. We hebben een eigen ontwikkeltak opgezet die plannen oppakt van concept tot realisatie. Onderdeel daarvan is ook het ontwikkelen van kleinschalige collectieve oplossingen.”

Duidelijke keuzes

Deze tijd vraagt ook om duidelijke keuzes maken, stelt Ernst. “Nu we investeren in bronnen, moeten we selectiever zijn. Nieuwe grote collectieve warmteoplossingen ontwikkelen doen we alleen nog waar we gewenst zijn. En onze eigen warmtenetten laten we alleen groeien als het duurzaam kan. We zeggen dus tegen heel veel dingen ‘nee’, terwijl het in de genen zit om overal ‘ja’ op te zeggen. Maar dat geeft focus.” Erik ziet veel herkenning: “Een transitie is per definitie turbulent en vraagt voortdurend aanpassing. Eigenlijk was het in mijn tijd niet anders. Gaaf om te zien hoe Ennatuurlijk zich nog steeds continu aanpast en doorontwikkelt.” Ernst lacht: “Ik ben dan ook supertrots dat we in het veranderende speelveld weer een nieuwe weg hebben gevonden om onze missie te vervullen en dat onze mensen de flexibiliteit hebben om daarin mee te gaan. Na 10 jaar zijn we relevanter dan ooit.”